In de Haagse Ondernemersagenda maakt de gemeente werk van de ambitie om van Den Haag een (nog) meer ondernemende stad te maken, door het brede MKB te stimuleren. De gemeente stelt een grote reeks maatregelen voor, waaronder betere dienstverlening aan ondernemers, MKB-vriendelijker aanbesteden, kortere betaaltermijnen en gebiedsaanpakken voor Zuid-West en ‘Haags Veen’ (Schilderswijk en Transvaal). Economic Board The Hague is blij met de aandacht voor ondernemerschap. De board spoort de gemeente daarnaast aan om meer werk te maken van de aansluiting van het Haagse onderwijs op de arbeidsmarkt.
In het coalitieakkoord staat te lezen dat het stadsbestuur “het brede Mkb [wil] versterken zodat onze ondernemers zo goed mogelijk in staat worden gesteld bestaande banen te behouden en de benodigde banen te creëren.” Deze ambitie komt voort uit het relatief lage cijfer (6,5) dat Haagse ondernemers geven voor het ondernemingsklimaat en het feit dat Den Haag 15e van de 20 grootste steden werd in het laatste MKB-vriendelijkheidsonderzoek van MKB Nederland. De ambitie van het College is om eerste op die ranglijst te worden.
Verbetering dienstverlening aan ondernemers
Het meest in het oog springt de focus van de Ondernemersagenda op het verbeteren van de gemeentelijke dienstverlening aan ondernemers. Dit past bij het generieke karakter van de Ondernemersagenda en de board juicht deze verbetering toe. Opvallend is de keuze om ‘fictieve ondernemers’ in te zetten om middels ‘klantreizen’ in beeld te brengen waar dienstverlening beter kan. De board adviseert om hier zeker óók de ervaringen van échte ondernemers bij te gebruiken. De gemeente kondigt bijvoorbeeld aan dat men meer onderzoek gaat doen naar behoeften en de ‘levenscyclus’ van ondernemingen en verschillende projecten opstart gericht op cyberveiligheid en digitalisering.
Belangrijk is het instellen van één fysiek en digitaal loket voor alle dienstverlening aan ondernemers. Dit is overeenkomstig de wens die MKB Den Haag uitsprak voor de verkiezingen. Opvallend is dat gemeente een prioriteit maakt van het zo snel mogelijk in orde brengen van een fysiek loket, terwijl ondernemers juist aangeven de digitale dienstverlening het belangrijkste te vinden (en veel meer te gebruiken). Het nieuwe digitale loket wordt naar verwachting in 2020 opgeleverd.
De board vindt het positief dat de gemeente in de Ondernemersagenda expliciet aandacht besteedt aan de verduurzaming van ondernemingen. Terecht stelt de gemeente dat verduurzaming een cruciale randvoorwaarde is om ook in de toekomst succesvol te kunnen blijven ondernemen. Regelgeving, afnemers/consumenten en werknemers zullen onderneming hier in toenemende mate toe dwingen. De gemeente stimuleert daarom verduurzaming, bijvoorbeeld met een gratis energiescan (via houvanjezaak@denhaag.nl) en een antwoordservice voor vragen op dit gebied.
MKB-vriendelijker aanbesteden en sneller betalen
Inkopen bij het lokale MKB is een goede manier om de regionale economie aan te jagen. De gemeente wil daarom meer ‘MKB-vriendelijk’ gaan aanbesteden, zodat gemeentelijke opdrachten meer door het Haagse midden- en kleinbedrijf kunnen worden uitgevoerd (dat is nu slechts 20%). Vanwege Europese en nationale regelgeving moet men hierin in juridische zin voorzichtig optreden. Oplossingen worden gezocht in de manier waarop de gemeente percelen en raamovereenkomsten vormgeeft, doorontwikkeling van de website ‘zakendoenmetdegemeente’ en het faciliteren van lokale ondernemers bij het in coöperatief verband inschrijven op grotere opdrachten. De gemeente committeert zich bovendien aan een betalingstermijn van maximaal 30 dagen, zodat MKB’ers geen cashflow-problemen als gevolg van gemeentelijke opdrachten hebben.
Personeelstekort blijft taai probleem
Het College schrijft, terecht, dat er in Den Haag, net als in veel andere delen van Nederland grote personeelstekorten zijn in de bouw en techniek, in zorg en welzijn, de ICT, groot- en detailhandel, horeca en in de transport en logistiek. Voor MKB-bedrijven is dit misschien nog wel een groter probleem dan voor het grootbedrijf. Het niet aan personeel kunnen komen remt de groei van bedrijven en kan voor MKB-bedrijven betekenen dat ze geen robuust formaat kunnen bereiken om economisch minder goede tijden door te komen.
De Economic Board realiseert zich goed dat het op stads- en zelfs regioniveau niet eenvoudig is om bij te dragen aan het verhelpen van personeelstekorten. Veel van de beschikbare ‘beleidsknoppen’ zitten op rijksniveau. In de Ondernemersagenda schrijft de gemeente dat het Werkgeversservicepunt en matchingsplatform Hallo Werkt arbeidsvraag en arbeidsaanbod in Den Haag bij elkaar moeten brengen. Met het recent gelanceerde ‘Werkoffensief +500’ wil de gemeente ieder jaar 500 mensen extra uit de bijstand laten uitstromen. Als ze hierin slaagt volgen grote baten: er komen nieuwe arbeidskrachten vrij (nu onbenut arbeidspotentieel) om een deel van de huidige vacatures te vullen, duizenden Hagenaars krijgen een productieve dagbesteding en de gemeente bespaart flink op bijstandsuitkeringen. De board zal de stappen die gezet worden om deze ambitie te realiseren nauwgezet volgen en waar mogelijk steunen, bijvoorbeeld door matching van potentiële werknemers en werkgevers tijdens het evenement DenHaagWerkt! op 21 maart.
Ook refereert men aan de Human Capital Agenda die de provincie Zuid-Holland recent heeft gelanceerd en die voor Den Haag nog concrete invulling moet krijgen.
Relatie onderwijs-arbeidsmarkt moet sterker uitgewerkt
Een ander logisch middel om aan meer geschikt personeel te komen is via het onderwijs, zowel voor jongeren als tijdens het werkzame leven. In de ogen van de board maakt het College in deze Ondernemersagenda weinig concreet hoe zij het onderwijsaanbod beter wil laten aansluiten bij de behoeften van het MKB, en hoe Haagse werknemers in het Haagse MKB ook voor de toekomst arbeidsfit moeten blijven. Den Haag loopt hierin achter op bijvoorbeeld Amsterdam en Rotterdam. De board kijkt (daarom) uit naar de “samenhangende aanpak op het gebied van economie-onderwijs-arbeidsmarkt” die door het stadsbestuur wordt aangekondigd in de Ondernemersagenda. De board zal zichzelf op dit thema ook inspannen voor verdere agendering, leren van andere steden en het koppelen van regionale ideeën en initiatieven.
Gebrek aan fysieke ruimte voor werkgelegenheid als speerpunt
De board is blij dat het stadsbestuur ook in de Ondernemersagenda benadrukt dat het oplossen van het gebrek aan fysieke ruimte voor bedrijvigheid een gemeentelijk speerpunt is. De board vraagt al langer aandacht voor dit probleem. De gemeente erkent dat er sprake is van ruimteconcurrentie met de woningbouwprogrammering. De aanpak van het ruimtegebrek voor werkgelegenheid valt buiten de scope van de Ondernemersagenda, maar is vervat in ‘Actieprogramma kleinschalige bedrijfsruimte’ (in uitvoering), de ‘Bedrijventerreinenstrategie’ en ‘Kantorenstrategie’ (beide in voorbereiding). De board adviseert de gemeente daarnaast om in de aangekondigde economische visie een gedragen en onderscheidende paragraaf over de ruimtelijk-economische programmering van de stad op te nemen.