Door de 500+-aanpak, het UWV en het werkgeverservicepunt wordt er in Den Haag veel aandacht besteed aan het (weer) aan het werk helpen van mensen zonder werk. De snelle veranderingen in de economie, ook in de komende jaren, vragen daarnaast echter om aanpakken die zorgen dat Hagenaars hun hele carrière ‘arbeidsfit’ blijven. Een onderdeel daarvan zou een werk-naar-werkaanpak kunnen zijn, waarin mensen in beroepen of sectoren waarin krimp wordt verwacht, proactief worden toegeleid en omgeschoold naar beroepen en sectoren waarin groei plaatsvindt. In bijvoorbeeld Amsterdam, Rotterdam en Eindhoven wordt hier al stevig aan gewerkt. Ook Provincie Zuid-Holland besteedt hier aandacht aan in het Human Capital Akkoord. In een bijeenkomst op 27 juni verkende Economic Board The Hague met een groep stakeholders uit de Haagse economische en onderwijssector of een werk-naar-werk-programma voor (regio) Den Haag van toegevoegde waarde zou kunnen zijn en zo ja, hoe richt je zoiets in?
Met zicht op de werkplaats van stichting Haagbouw op bedrijventerrein ZKD, waar volop werd getimmerd en gemetseld, boog een divers gezelschap vanuit Economic Board The Hague, werkgevers, Gemeente Den Haag, Provincie Zuid-Holland, Kennis- en Praktijkcentrum Energietransitie, ROC Mondriaan, Techniek NL, Rabobank en UWV zich over de wenselijkheid en inrichting van werk-naar-werkaanpakken in Den Haag.
“We verwachten een uitstroom uit alleen al de bankenwereld en administratieve sector van duizenden mensen”, start voorzitter Henk Kool de bijeenkomst op uitnodiging van Economic Board The Hague op 27 juni. “Tegelijk hebben we duizenden mensen tekort in andere sectoren: zorg, techniek, horeca en straks de energietransitie. Dat moeten we veel slimmer gaan organiseren! We moet voorkomen dat die uitstroom straks een grote instroom in de WW en later de bijstand wordt, maar vooraf al zorgen dat mensen lekker aan de slag kunnen blijven, misschien wel in een heel ander beroep. Wie hebben we daarvoor nodig, welke infrastructuur en welke concrete aanpakken?.”
Adviseur Johan Stuiver van Deloitte, vult aan: “Het organiseren van werk-naar-werk-trajecten staat in het hele land nog in de kinderschoenen, maar in andere regio’s zijn ze wel verder dan hier. Het gaat overigens niet alleen om het brengen van mensen van de ene naar de andere baan, we hebben het hier over een meer ingrijpende transitie: onze arbeidsmarkt wordt stap voor stap steeds meer datagedreven en georiënteerd op vaardigheden (skills) in plaats van diploma’s. Daar moet je als grote gemeente klaar voor zijn en actief op inspelen. Met het mede-oprichten van matchingsplatform Hallo Werk heeft Den Haag hier al een stap in gezet. In Amsterdam is men met het House of Skills echter al wel een stuk verder in het operationaliseren van werk-naar-werktrajecten en richt men zich bovendien meer expliciet op de gehele transformatie van de arbeidsmarkt richting skills.”
Werk-naar-werk stimuleren met een skills-aanpak
“Je wilt een soort OV voor de arbeidsmarkt creëren, waarbij je vrij kunt reizen en makkelijk kan overstappen,” legt Ton Wilthagen uit. Wilthagen is hoogleraar institutioneel-juridische aspecten van de arbeidsmarkt op de Universiteit Tilburg en betrokken bij veel werk-naar-werkprogramma’s die in het land worden ontwikkeld. “De economie draait nu fantastisch, maar er zitten in Nederland 1,2 miljoen mensen thuis. Daar gaat dus iets echt nog niet goed; we moeten veel duurzamer omgaan met menselijk kapitaal. In Nederland betekent een ‘uit kering’ te vaak ook ‘uit beeld’.”
Hij breekt vervolgens een lans voor het in heel Nederland omarmen van een skills-benadering voor de arbeidsmarkt. “Je moet je voorstellen dat iedereen dan een ‘skills-paspoort’ heeft met jouw vaardigheden daarin, die je voortdurend up-to-date houdt. Werkgevers vragen vacatures niet meer uit op basis van ervaring en diploma’s, maar op basis van skills. Dus: wat moet je precies kunnen om voor deze banen in aanmerking te komen? Dit zal het overstappen tussen sectoren en beroepen makkelijker maken, omdat zal blijken dat je voor op het oog heel verschillende banen, eigenlijk een behoorlijk vergelijkbare skill set nodig hebt. En als je dan bijvoorbeeld van de acht benodigde skills er één onvoldoende hebt, kun je die heel specifiek gaan trainen om jezelf toch geschikt te maken.”
“Om deze nieuwe benadering te laten werken, moeten we wel gezamenlijke skillstandaards gaan ontwikkelen. Dat is zeker te doen, want lokaal zijn er al vingeroefeningen voor gedaan. In België bestaat zelfs al een landelijke beroependatabank (Competent) op basis van vaardigheden. En daarnaast moeten we de structuur en bekostiging van ons onderwijsmodel gaan aanpassen om meer op skills te kunnen gaan opleiden, ook tijdens ons werkzame leven.”
House of Skills Amsterdam
Als casus is Alex Straathof van House of Skills Amsterdam (zie: https://houseofskillsregioamsterdam.nl/) uitgenodigd om te presenteren hoe de Amsterdamse werk-naar-werkaanpak in elkaar zit. Het House of Skills is gevestigd op de gehele eerste verdieping van de centrale Amsterdamse Bibliotheek, vlakbij het Centraal Station, vertelt hij. Vanuit daar begeleidt men zij-instroomtrajecten voor onder meer monteurs, apothekersassistenten, elektrotechnici en zorgberoepen. Verder ontwikkelt men onder meer skills-gebaseerde ‘voorschakeltrajecten’ voor beroepen met arbeidstekorten, een skills-paspoort en Leven Lang Ontwikkel-trajecten voor het MKB. House of Skills heeft sinds 2017 1.500 mensen naar ander werk geholpen. Het doel is om de aanpak uitontwikkeld te hebben bij 5.000 mensen.
“We hebben bijvoorbeeld monteurs Zonnepanelen opgeleid. Daarvoor richten we ‘treintjes’ in waarbij potentiële werknemers zich eerst oriënteren op het beroep, dan worden geworven op (skillsgebaseerde) vacatures (de ‘paskamer’), dan worden matched met werkgever en vervolgens worden bijgeschoold op de ontbrekende skills. Verschillende partijen spelen verschillende rollen in die stappen. Denk aan UWV, ROC’s, werkgeverservicepunt, werkgevers, Amsterdam Werkt, et cetera. Belangrijk aspect is dat we in principe alleen opleidingen aan mensen geven die al werk hebben of zeker gaan krijgen.”
Straathof legt uit dat ook in Amsterdam het bereiken van mensen die nu werken in krimpberoepen nog minder is uitgewerkt. “Maar dat is wel het plan. Vooral bij het sluiten van grote bedrijven (bijvoorbeeld de NUON Centrale) kan je de grote instroom ineens pakken en goed voorbereiden”.
Energie Academie
Vervolgens vertelt Marja Pelzer, programmamanager bij gemeente Den Haag, over de plannen voor de Energie Academie in Den Haag. “We weten dat er in Den Haag netto zo’n 3.000-5.000 banen in de stad bijkomen als gevolg van de verduurzaming van onze gebouwde omgeving en economie. Waar gaan we die vandaan halen? Met de Energie Academie willen we mensen uit verschillende delen van de arbeidsmarkt, via verschillende kanalen, gaan bijscholen om te kunnen werken in de verduurzaming van de stad. We gaan werken volgens een leermeester-gezel-structuur, zoals we kennen uit de gildes van vroeger.” De Energie Academie is een onderdeel van het grotere concept de Energie Hub, die gevestigd zal worden op een fysieke locatie in Den Haag Zuid West. Het verduurzamen van het pand waarin de Energie Hub wordt gevestigd, door de ‘studenten’, is onderdeel van het project, net als het realiseren van kleinschalige bedrijfsruimte voor ondernemingen die actief zijn in de energietransitie
Aandachtspunten groepsgesprekken
In de groepsgesprekken die volgen komen verschillende aandachtspunten naar voren.
En nu?
In haar eerstvolgende vergadering, na de zomer, bespreekt Economic Board The Hague mogelijk acties die op deze bijeenkomst moeten volgen om werk-naar-werkaanpakken en/of een skillsaanpak van de grond te krijgen voor (regio) Den Haag. De werkzaamheden voor het Human Capital-akkoord van Economic Board Zuid-Holland en de Energie Academie, waarin al werk-naar-werk elementen zijn opgenomen, lopen intussen uiteraard door.